De Ca de Bestiar Club heeft 20 jaar voor dit hondenras gestreden,
totdat deze erkend werd.
Tegenwoordig zijn er zo'n 4000 exemplaren, waarvan slechts ong.
1000 raszuivere, uitstekende honden. De club, die in Mallorca gevestigd
is heeft de standaard voor deze honden vastgesteld.
De hond is "de hond van Mallorca", hij is krachtig,
maar niet zo krachtig als de Mastino. De eerste hond die men nog
alono" of ca pastor" noemde, waren jachthonden
welke de keizer hielpen Mallorca te veroveren, sinds toen zijn ze
op het eiland te vinden. De "alono" of "ca de pastor"
was (zo zeggen de kenners) ook de eerste hond die als zodanig niet
met anderen vermengd werd en de huidige standaard van de Ca de Bestiar
als eerste bepaalde. De toenmalige alano" is de huidige
Ca de Bestiar.
Maar de soldaten waren met deze hond niet tevreden, omdat ze een
snellere en wildere hond nodig hadden voor het gevecht in de jacht
en ook mixten ze de ouden rassen "ca de pastor" en "ca
de Bou" tot één ras. Het reslutaat was een wilde
hond, die aan hun wensen voldeed en welke ook zeer goed in hondengevechten
ingezet kon worden. (Let wel dit was vele jaren geleden!).
Echter, de boeren waren met dit exemplaar minder tevreden. Ze wilden
weer een hond die mensvriendelijker was en eenvoudiger te houden,
daarom mixten ze deze hond weer met een ander ras, die "ca
me". Deze was minder wild een eenvoudiger maar nog steeds waren
ze niet tevreden, dus probeerden ze het nog een keer. Ze kruisten
de "alano" met de "podenco libicenco". Met deze
hond waren ze tevreden, deze was het ook, die ze op hun boerderijen
in de bergen hielden.
Later werden deze honden ook als politiehonden gebruikt. Daarvoor
werden echter de eerste kruisingen gebruikt, die toenmaals meer
voorkwamen als de Ca de Bestiar die wij tegenwoordig kennen. De
kruising die men als politiehonden inzette, was de zogenaamde Pastor
Aleman. Deze waren extreem wild, terwijl men zocht naar een stabieler
hond.
Op deze manier was weer een kruising ontstaan, waarmee men niet
tevreden was. Deze was eigenlijk volledig onbruikbaar voor de boeren.
Die drongen opnieuw aan op een rustiger ras. De fouten van deze
mixen waren bijna niet meer goed te maken. Een fout was bijvoorbeeld:
extreme grootte; een andere hond had de drang tot doden. Zo viel
zeer op, dat exemplaren van deze kruisingen willekeurig dieren (kippen,
herten etc.) doodden. De toenmalige situatie scheen uitzichtloos.
Men wist alleen dat men zulke honden niet meer hebben wilde.
Toen heeft men 40 jaar geleden nog eenmaal een poging gedaan. Men
was gedreven de hond te "normaliseren en te socialiseren".
Een bezigheid waarbij veel tijd, geduld en kennis nodig is en welke
niet voor 100% het gewenste resultaat zou kunnen behalen.
|